Begin met namen en eigenaarschap
Geef projecten consequente, herkenbare namen: Klant – Product – Fase (bijv. “ACME – App – Sprint 6”). Leg per project één eigenaar vast aan klantzijde (naam + e‑mail) en noteer de escalatieroute. Zo voorkom je dat verantwoordelijkheden blijven zweven.
Tarieven en afspraken dichttimmeren
- Tarief per klant of per project: leg beide opties klaar, want het verschilt per opdracht.
- Overleg / reiskosten: beslis of je dat apart boekt en tegen welk tarief.
- Factureer frequentie: wekelijks/maandelijks; zet het in je overeenkomst.
Contracten en scope zichtbaar houden
Link je project aan de juiste opdrachtbevestiging of statement of work. Leg de scope kort vast (outcome, runs, niet‑inbegrepen) en bewaar de changelog. Bij scope‑discussies ben je blij met deze documentatie.
Werksoorten als stuurinformatie
Maak 4–6 werksoorten (bijv. analyse, ontwerp, development, testen, overleg). Zo zie je in rapportages waar je tijd ‘lekt’ en waar je het meeste waarde toevoegt. Ook handig om je tariefstrategie te bepalen.
Communicatie en ritme
Plan een vast moment voor update en goedkeuring (bijv. elke vrijdag of eerste van de maand). Gebruik een compact format: voortgang, belemmeringen, volgende stappen. Klanten waarderen cadans; jij voorkomt verrassingen.
Conclusie
Met een paar duidelijke conventies bouw je rust in je operatie en vergroot je je professionaliteit richting klanten.
Wil je dit zonder spreadsheets bijhouden? Gebruik een tool die klant-, project- en tariefbeheer bundelt met uren en facturen. Bekijk hoe FreelanceFlow dat doet.